halo-3-1Een uitroep van afgrijzen had ik verwacht, gevolgd door een felle veroordeling. Maar het is even stil als ik het bericht heb voorgelezen. Mijn zoon (12) denkt na, zoekt nadrukkelijk naar de nuance en reageert dan beangstigend rationeel. ,,Tsja, ik zou natuurlijk ook hartstikke kwaad zijn. Maar dit is een beetje overdreven.” Op internet staat dat de 17-jarige Daniel Petric in Brighton Township, Amerika, zijn beide ouders heeft neergeschoten omdat hij van hen niet langer Halo 3 mocht spelen.

Halo 3 is het favoriete computerspel van onze jongste nazaat. Sinds sinterklaas speelt hij het op de Xbox 360, daarvoor behielp hij zich met een duistere versie die – na veel moeite mijnerzijds – ook op de pc aan de praat te krijgen was. Als je het in je eentje hebt uitgespeeld, kun je Halo 3 daarna met vrienden – of verkeerde neven op een sombere zondagmiddag – nog een keertje overdoen. Of je zoekt via Xbox Live – de virtuele spelwereld van Microsoft op internet – eindeloos naar online kameraden. Via de headset kun je zelfs met ze communiceren. Socialer kan bijna niet.

Daniels moeder komt bij de schietpartij om het leven, de vader raakt zwaargewond. De jongen staat terecht voor moord en poging tot moord. Omdat hij minderjarig is, wordt er geen levenslange gevangenisstraf tegen hem geëist.

Voor ouders is het belangrijk dat ze weten waar hun koters mee bezig zijn. Om die reden neem ik zelf ook wel eens voor het scherm plaats, met de spelconsole in mijn hand. Maar voordat ik heb ontdekt hoe ik met mijn mannetje naar voren of opzij moet, lig ik meestal al uitgeschakeld op de grond. Of sta ik minutenlang in een doodlopend steegje met mijn kop tegen een muur te beuken, voordat ik de pijp aan Maarten geef. Heimelijk bewonder ik mijn kroost om het gemak waarmee ze hun vingers over de buttons en joysticks laten dansen alsof ze aan het blindtypen zijn. Neurochirurgen die vroeger veel op de computer speelden, schijnen in moderne operatiekamers veel beter met de apparatuur overweg te kunnen dan collega’s die alleen maar met hun neus in de boeken zaten, houd ik mijn echtgenote tijdens bezorgde vader-en-moedergesprekken altijd voor.

Daniel mocht het gewelddadige Halo 3 van zijn strenggelovige ouders niet kopen, laat staan spelen. Als hij bij het gamen wordt betrapt door zijn vader, pakt deze het spel af. Daniel pikt dat niet en haalt het spel uit de kluis van zijn ouders, waar hij ook een pistool vindt. Zijn ouders zitten op dat moment nietsvermoedend in de huiskamer televisie te kijken.

Van elke tien gamers schijnt er al eentje gameverslaafd te zijn. Ze eten, slapen en drinken te weinig, verwaarlozen hun school of werk en hebben weinig sociale contacten. Allemaal symptomen die onze zoon bij zichzelf niet herkent. De vrije tijd die hij niet besteedt aan de Nintendo DS, de computer of de Xbox, brengt hij lezend door. (Hij doelt op de 30 minuten die hij voor het slapen gaan in zijn bed verplicht een boek in zijn handen houdt). En was hij vanmiddag nog niet op de fiets naar zijn neven geweest? (Halo 3 en zijn eigen console – plus een extra batterypack, want je weet maar nooit – zaten onder zijn snelbinders).

Daniel sluipt van achteren naar zijn vader en moeder en vraagt hen of ze hun ogen kunnen sluiten. ‘Ik heb een verrassing voor jullie.’ Hij schiet zijn moeder in het hoofd, de armen en haar borst. Zijn vader valt met een ernstige hoofdwond op de grond.

Als een meesterzet beschouw ik het om de nieuwe Xbox 360 aan te sluiten op voorheen mijn werkkamer, die niet alleen door mijn nazaten maar ook door mijn eega tot bezet gebied is verklaard. Haar eigen computer staat direct naast het beeldscherm waarop de robots van Halo 3 elkaar virtueel naar het leven staan. Hoe drukker zij het voor haar werk heeft, hoe minder er kan worden gegamed. Verbieden doe je als ouders niet graag, daar komen maar ongelukken van. Veel beter is het te reguleren. En dan, maar dat geldt voor de hele opvoeding, maar zien wat ervan komt.

Daniel stopt het wapen in de handen van zijn zwaargewonde vader en vlucht het huis uit. Hij wordt later aangehouden in een busje. Halo 3 ligt nog naast hem.

Om te kijken of ik het niet allemaal uit mijn duim zuig, komt onze zoon achter me staan om op het beeldscherm van mijn computer mee te lezen. Om de eerste de beste reactie die onder het bericht is geplakt, schiet hij – tegen wil en dank, mag ik hopen – in de lach.

‘Game over’.

 

Uit de krant van 28 december 2008.