Jeremy Clarkson werd gisteren geveld door een klap die hij een paar weken geleden zelf zou hebben uitgedeeld, Willem Holleeder werd onderuit gehaald door zijn zussen en ik struikelde verbaal over een oud vrouwtje. Ik wil maar zeggen: het gevaar komt altijd uit onverwachte hoek.
Journalisten horen ergens in de hoek van een zaaltje onzichtbaar te zijn; als een vlieg op de muur of een luis in de pels. Elkaar interviewen voor een gehoor van zo’n vijftig mensen heeft iets tegennatuurlijks. Toch is dat de setting waarin collega Bert Wagendorp en ik elkaar ontmoeten, op een zaterdagmiddag in de Katwijkse bibliotheek. Hij – columnist bij De Volkskrant – als de gevierde schrijver van de roman Ventoux, ik als de verslaggever die bij de krant een mooie toekomst achter zich heeft. Maar dat wist ik nog niet, toen ik enkele maanden geleden voor dit klusje werd gevraagd.
In de zaal een gemêleerd gezelschap van boekenliefhebbers, fietstoeristen en zelfbewuste vrouwen van rond de 62 jaar, die net als ik een leuke middag hebben: behalve een goede pen heeft Wagendorp ook een vlotte babbel. We bedwingen Ventoux (boek en film), hebben het over het Vader & Dochterboek dat hij samen met dochter Hannah schreef en komen via het columnistenvak soepeltjes over het wielrennen te spreken.
Zelf ben ik erg tevreden over het bruggetje dat ik maak van het Vader & Dochterboek – waarin Wagendorp aangeeft het helemaal niet erg te vinden als hij in maatschappelijk en creatief opzicht door zijn dochter wordt ingehaald – naar het fietsen: ‘Vind je het daar wel erg als je door een vrouw voorbij wordt gereden?’ Ik weet dat de profrenster Marijn de Vries een ex-schoonzus van Bert is, die zijn mannengroepje herhaaldelijk heeft gechickt – zoals dat in wielerjargon heet – en dat verhaal wil ik hem graag horen vertellen.
De auteur stelt ons niet teleur en dan weet ik zelf ook nog wel een anekdote, uit de week die ik begin maart met een groep abonnees van mijn ex-werkgever in Spanje doorbracht. ,,Daar werd ik op de eerste dag door een oud vrouwtje van 62” – ik wijs drie turven hoog aan – ,,een omaatje nota bene, in de vernieling gereden.”
Pas na afloop realiseer ik me dat na deze woorden mijn eega op de eerste rij haar ik-hoor-hier-niet-bij-gezicht opzet en mijn dochter in wanhoop de handen voor de ogen slaat. Terwijl Bert Wagendorp even verderop zijn boeken signeert, moet ik in discussie met de groep zelfbewuste vrouwen van 62 die mij achtereenvolgens van seksisme, anti-feminisme en politieke incorrectheid beschuldigt.
Het leermomentje voor Jeremy en mij?
Een goede presentator weet wanneer hij zijn mond – en zijn handen thuis – moet houden.
Reacties kunnen niet achtergelaten worden op dit moment.