het_internationale_monetaire_fonds_vatikaan_van_sticker-r7698f1c7f0ad4524b2deb6d930205a17_v9wf3_8byvr_324Met de aarzelende tred die bij haar leeftijd hoort, duwt een grijze dame haar rollator het zebrapad op. Ik minder vaart, schakel terug en geef met een weids armgebaar te kennen dat ze kan oversteken. “Ja, hallo!”, klinkt het verontwaardigd van de achterbank, “moet je dan overal voor stoppen!!!” Mijn zoon (7) heeft twee maanden gespaard voor de Aerotube uit de Legoserie ‘Life on Mars’, waarvan volgens hem in heel Nederland nog maar één exemplaar in de winkels ligt. Elke vertraging op weg naar de lokale Intertoys kan fataal zijn.

Het monetaire deel van de opvoeding is enige tijd terug door mijn echtgenote ter hand genomen om onze jongste nazaat vertrouwd te maken met geld. Dat gebeurt op verschillende manieren. Ze brengt hem spaarzin bij, door elke week zijn zakgeld linea recta aan een spaarvis (het spaarvarken is helemaal uit) toe te vertrouwen. Verder houdt ze mij voor dat ik hem niet maar alles moet geven wat hij wil hebben. En legt ze mijn zoon, net als in de voetballerij, boetes op als hij onaangepast gedrag vertoont. Hij zit momenteel in een fase waarin hij elke zin die hij uitspreekt begint met een luidkeels: “Ja, hallo!”, en elke keer als hij dat doet, gaat er 10 eurocent van zijn zakgeld af. En dat gaat hard, want na een opgelegde boete klinkt het elke keer: ‘Ja, hallo!!!’ Er zijn maaltijden waarin er tussen de vijftig eurocent en een euro van zijn zakgeld van twee euro afgaat.

De monetaire opvoeding beschouw ik zelf als een wisselend succes. De spaarvis is van onderen toegankelijk, wat er laatst al toe leidde dat de moeder van Martijn voor onze deur stond met een biljet van vijf euro in haar hand. Dat bedrag had mijn zoon aan zijn vriendje uitbetaald nadat die na het spelen zijn kamer had opgeruimd. Ik vond het geen onredelijk bedrag, maar de moeder stond erop dat ik het terugnam.

Gelet op de boetes en het inhuren van zijn vriendjes als personeel, beschouw ik het als een wonder dat hij nog 45 euro bij elkaar heeft gespaard voor de aerotube van ‘Life on Mars’. Maar het aandeel gespaard geld is niet zo groot, vertrouwt hij mij onderweg toe. Het meeste is afkomstig van donaties voor zijn verjaardag. Mijn zoon en ik zijn allebei midden in de grote vakantie jarig en we vieren nog tot ver in de herfst onze geboortedag voor familie, vrienden en bekenden. Bij één van de cadeaus die hij van de zomer al kreeg, viel zijn oog op een folder van ‘Life on Mars’ en sindsdien heeft hij nog maar één doel in het leven.

De doos is van 2001 en in veel andere speelgoedwinkels had ik hem al niet meer gezien. Maar bij Intertoys bij ons in het dorp hebben ze hem nog, weet mijn zoon. Hij loopt er geregeld binnen om zich op het aanbod te oriënteren. En op deze maandag heeft hij genoeg geld bij elkaar om de doos op te halen. Als ik een beetje opschiet, tenminste.

“Ja, hallo!!! Waarom rijd je zo langzaam, pap??”

“Tien eurocent boete”, zeg ik.

“Ja, hallo!!!”

Ik sta nog een kaartje te trekken bij de parkeerautomaat als hij in de speelgoedwinkel al de doos van de onderste plank vandaan trekt. Het is een enorm gevaarte met een afbeelding van een groot ruimtestation met tentakels en allerlei pvc-buizen waardoor je met een ingenieus pompsysteem mannetjes van de ene naar de andere plek kan blazen en zuigen. Met een brede grijns op zijn gezicht en zijn 45 gespaarde euro’s holt hij naar de kassa, waar een meisje het bedrag aanslaat: 116,90 euro. En dan is er geen weg meer terug. “Is het een cadeautje?”, vraagt ze, terwijl ze een Intertoyssticker over het prijsje plakt. “Nee”, zegt mijn zoon, “ik heb er zelf voor gespaard.” Ik neem het geld van hem over en als een onecht kind van Hans Kazàn slaag ik erin om, zonder dat hij het merkt, er 80 euro bij te stoppen.

Thuis wordt hij door mijn eega uitgebreid geprezen voor zijn spaarzin. “Zie je nu wel dat het veel leuker is als je het zelf kan betalen?”

Mijn zoon is overtuigd. “Ik kreeg nog geld terug ook.”

“Dat kan je dan wel aan mij geven”, zeg ik, in een poging mijn verlies nog wat te beperken.

“Ja, hallo!!!”

 

Uit de krant van 8 september 2003.