Het is de één na laatste dag van zijn voorjaarsvakantie en die ochtend heb ik hem – na een hele reeks instructies om zich voorbeeldig te gedragen – een paar uur meegenomen naar mijn werk. Daarna hebben we eenvoudig doch voedzaam gegeten bij McDonald’s, de toeristische route terug naar huis genomen en, in die ontspannen sfeer van mannen onder mekaar, zijn we in de showroom van de garage beland. Instructies voor mijn zoon (5) – van wie je de software voor elke nieuwe ervaring in zijn leven apart moet programmeren – zijn er bij ingeschoten.
Erg veel ervaring met de aanschaf van een nieuwe auto heb ik niet. Van de dertien jaar sinds mijn huidige voertuig van de lopende band liep, heb ik er zelf negen jaar in gereden. Maar van deskundigen uit mijn kenniskring weet ik dat ik niet meer dan het excuusbedrag dat ze voor elk rijdend wrak reserveren, als inruilwaarde mag verwachten. ,,Alles wat je er meer uitsleept, is meegenomen.’’
In dat stadium van eruit slepen zijn we beland, nadat ik een aantal keren likkebaardend om de Koreaanse SUV ben gelopen. Bovenop de aanschafprijs heeft de verkoper al bedragen genoteerd voor een trekhaak, een radio-cdspeler, metallic lak en een alarminstallatie klasse 2. Eventuele andere extra’s komen later wel. Voorlopig zijn we aanbeland bij het zinnetje: Inruil marge/b.t.w.: (stippeltje, stippeltje, stippeltje).
,,Een probleemloze auto, alleen zondag deed hij het even niet’’, zegt de verkoper pesterig. Op het moment dat ik wil knikken, gaat het limonadeglas naast me weer omlaag. ,,En de week daarvoor, op de vakantie in Engeland, ook niet. Bij het kasteel heeft mijn vader toen een paar stekkers losgetrokken en weer vastgemaakt. Net als de Wegenwacht. En mama probeerde steeds te starten. Na de vierde keer deed ie het.’’
De verkoper heeft het naar zijn zin, en ik lach goedmoedig met hem mee. ,,Hetzelfde geintje. De startmotor draait wel, maar krijgt geen vonk. Soms heb je er maanden geen last van, en dan opeens twee keer in een week. Waarschijnlijk een beetje oxidatie op een relais-tje, dacht de Wegenwacht.’’ Maar op welke van de paar honderd relais-tjes, kon de beste man ook niet zeggen. Maar dat vertel ik er niet bij.
,,Maar verder is ie helemaal in orde?’’, wil de verkoper weten. Even verkeer ik in de veronderstelling dat die vraag aan mij gesteld is. ,,Hij heeft er ook een deuk ingereden’’, zegt mijn zoon, met de gretigheid van iemand die een aandachtig gehoor heeft. ,,Schuin aan de voorkant, nadat hij had gegeten in een restaurant. Mijn moeder zei dat hij vast een biertje teveel op had.’’
Ik mompel iets van een ijzeren hek rond een boom op de parkeerplaats bij een kerk, terwijl mijn jongste nazaat de roestplekken aan het deksel van de kofferbak en bij de wielkast linksachter opsomt. Hij denkt ook nog te weten dat er bij de wielkast aan de andere kant nog een klein deukje zit.
,,Er is natuurlijk altijd de mogelijkheid om alleen te kiezen voor een korting’’, zegt de verkoper. ,,Dan kunt u uw eigen auto particulier verkopen.’’
De man knikt grijnzend naar mijn zoon, die de laatste slok limonade achterover giet. ,,De deskundigheid heeft u al in huis.’’
Reacties kunnen niet achtergelaten worden op dit moment.