Communiceren tijdens de maaltijd is een overschatte bezigheid. De gecombineerde functie van lees- en eettafel zorgt ervoor dat wij ontbijt, lunch en diner gebruiken in een prettige chaos van boeken, kranten, tijdschriften en reclameblaadjes. Maar nu kijkt onze dochter (18) toch even op uit haar ‘Leerboek Psychiatrie: kinderen en adolescenten’ om een tijdbommetje tussen onze bietjes te gooien: ,,Weten jullie eigenlijk wel welk type ouders jullie zijn?”
Haar studie Klassieke Talen leidt doorgaans tot weinig problemen. De kennis over de oude Grieken en Romeinen deelt ze hooguit met mijn vrouw en is bovendien zo universeel dat er geen conflictstof in ligt opgesloten. Anders is het met Geneeskunde, dat ze weliswaar met Klassieke Talen combineert maar toch als haar hoofdbezigheid beschouwt. Elke dag maken we kennis met ziektebeelden of praktijkervaringen uit de snijzaal die je normaliter ver van je bord wilt houden. Wat moet ik met zeldzame tumoren en huidaandoeningen als ik op het punt sta me te verdiepen in de anatomie van de slavink?
Deze module – haar leven is momenteel opgedeeld in modules – gaan we even over van het lichaam naar de geest. Ergens in haar ‘Leerboek Psychiatrie: kinderen en adolescenten’ worden vier stijlen van opvoeding beschreven: ‘Men kan dan autoritatieve, autoritaire, permissieve en onverschillige ouders onderscheiden.’
Ja, ze wil best een stukje voorlezen:
Autoritatieve ouders zijn warm en ondersteunend jegens hun kinderen, maar stellen ook grenzen en controleren het gedrag. Daarbij erkennen ze de individualiteit van het kind en proberen ze het te sturen, op een rationele en democratische manier. Ze stimuleren zelfstandigheid en het gezamenlijk nemen van beslissingen.
Autoritaire ouders overleggen weinig, stellen veel regels en beperkingen zonder uitleg te geven, en verwachten directe gehoorzaamheid. Ze zijn ook minder warm en minder gevoelig voor de behoeften van hun kind.
Permissieve ouders zijn wel warm, accepterend en betrokken, maar stellen nauwelijks eisen aan het gedrag. Ze straffen niet, zijn tolerant en laten het aan het kind over om zijn gedrag en activiteiten te reguleren.
Ouders met een onverschillige opvoedstijl zijn weinig betrokken en geïnteresseerd in het kind. Ze zijn niet ondersteunend en ook niet controlerend: ze laten het kind eigenlijk aan zijn lot over.
De effectiviteit van de opvoeding in ons gezin, meet onze dochter af aan de manier waarop we met haar broertje (14) omgaan. Haar eigen opvoeding beschouwt ze als een privéaangelegenheid die zich sowieso ver buiten ons blikveld en nederige vermogens heeft afgespeeld. ,,Maar jij”, zegt ze tegen mijn eega, ,,bent in elk geval een permissieve ouder. Je stel wel grenzen, maar bent verre van consequent. Als je zegt dat hij (wijst naar haar broer) niet meer achter zijn Xbox mag kruipen omdat hij een 3 heeft gehaald voor Duits, trek je dat een uur later alweer in. Hetzelfde geldt voor die zogenaamde straffen omdat hij ’s avonds consequent te laat thuiskomt.”
Zelf kan ik heel goed tegen kritiek op een ander, dus betuig ik omstandig mijn instemming met deze rake analyse. Het zijn minpuntjes in de opvoeding, die ik bij ons thuis in belangrijke mate aan mijn echtgenote heb gedelegeerd. Het is dan jammer om te horen dat ze er in de praktijk weinig van bakt, maar dingen moeten wél gezegd worden.
,,En bij jou”, vervolgt mijn dochter in mijn richting, ,,twijfel ik ernstig tussen permissief en onverschillig.”
Ze zet haar bord in de vaatwasser, neemt haar boek onder de arm en verdwijnt onder instemmend hoongelach van mijn eega naar boven.
Nog een paar weken, dan kunnen we het aan tafel weer gewoon over acute reuma of ontstekingen aan de endeldarm hebben.
Uit de krant van 20 januari 2011.
Reacties kunnen niet achtergelaten worden op dit moment.