Zelf heb ik me met ‘Menu B’ altijd prima kunnen redden, maar het beoogde onderwijsinstituut van onze zoon profileert zich met Chinees. Het ouderforum tijdens deze open dag lijkt mij een prima moment om de mensenrechtensituatie in dit land onder de aandacht van de schoolleiding te brengen, maar mijn aspiraties worden gesmoord in feestelijke bakken met miniloempia’s en schaaltjes pittige saus die rond 11(!) uur de aula worden ingedragen. Waar is Erik van Muiswinkel als je hem nodig hebt?
Na onze dochter – die haar eigen school uitkoos – is dit de eerste keer dat mijn eega en ik bewust een schoolkeuzeproces doorleven. Al weken werken we ons avondmaal naar binnen boven stapels glossy folders en onderwijsbijlagen, of nemen we met de juf de verwachte uitkomsten door van de Cito-toets (die pas in februari is, veel te vroeg om als munitie te dienen in de propagandaoorlog van de scholen in onze regio). Onze zoon kan het allemaal maar matig schelen en dat is ook de indruk die de juf en wij van hem hebben. Bij vlagen briljant, maar de rest van de tijd met zijn warhoofd elders. Dus niet te hoog inzetten, lijkt het devies, en bidden dat het een laatbloeier blijkt. Of iemand die zijn geluk haalt uit kleine dingen.
De open dagen gaan de concurrentie aan met de basketbalcompetitie, die uitgerekend deze zaterdag weer begint en een team van 11- en 12-jarigen behoorlijk kunnen minimaliseren. Onze verwachting dat we de open dag er gewoon even tussendoor kunnen doen – beetje sfeer snuffelen, een steelse blik in een lokaal werpen en kijken of het personeel er een beetje decent bijloopt – wordt al bij de entree gelogenstraft met felgekleurde A4’tjes die de aspirant-leerlingen in groepjes doen opsplitsen om een mini-lesprogramma af te werken. Het groene blaadje van onze zoon wordt door zijn moeder op het laatste moment geruild voor een rode, zodat hij met een vriendje van zijn eigen school wordt ingedeeld. Het A4’tje blijkt een werkwijzer zoals ze die straks – als hun nieuwe schoolleven begint – ook krijgen en bevat grootse thema’s als: ‘leerdoelen, vaardigheden en extra bronnen en hulpmiddelen’.
Voor de ouders – de open dag is een vorm van totaaltheater – is er een alternatief programma, met koffie, koekjes en filmpjes in de aula, gevolgd door een forum met gelegenheid tot vragen stellen in lokaal 2. En miniloempia’s, uiteraard, die het goed doen in de reünieachtige sfeer die al gauw ontstaat met mensen die mijn echtgenote nog kent van de zwangerschapsgym en tientallen andere types waarmee ons leven dankzij kinderen in dezelfde leeftijd op bepaalde hoogtijdagen synchroon loopt.
Ook deze school heeft begrepen dat wij niet alleen te paaien zijn met degelijk en goed onderwijs, maar heeft geshopt in het aanbod van extra’s die in den landen inmiddels gemeengoed zijn geworden. Zes uur sport in de week – eventueel gedeeltelijk in te ruilen voor extra kunst – Spaans, Chinees (als keuzevak) en een thuiswerkvrije status die vooral bij mijn eega – die er graag een beetje zicht op houdt – de nodige argwaan oproept.
Van en naar een forum, een vijfde bak koffie of een zoveelste miniloempia, kom ik ergens in een overvolle hal mijn zoon en zijn vriendje tegen die – als moeders op een huishoudbeurs bedolven onder informatiemateriaal – verzuchten dat ze het wel zat zijn. Als we nu naar huis gaan, komen we bovendien ook nog op tijd voor de wedstrijd tegen de BV Leiderdorp.
In de auto laat hij weten dat we de andere open dagen wel kunnen laten zitten. Hij is eruit. Het wordt deze school. Lekker dichtbij. En zijn vriendje gaat er ook heen.
Ze blieven allebei geen Chinees.
Uit de krant van 22 januari 2008.
Reacties kunnen niet achtergelaten worden op dit moment.