media_xl_744785Het zijn moeilijke tijden voor de aspirant-vuurwerkkoper. Elke ochtend als mijn eega de krant openslaat en wordt geconfronteerd met weer een afgerukte hand of een paar ogen waaruit het licht voor eeuwig is geweken, ontsteekt ze in woede over het Jongerenpakket dat mijn zoon en ik bij Fireworks Unlimited hebben besteld. De eisen die aan hem – en dus impliciet ook aan mij – bij het afsteken worden gesteld, worden met het uur absurder. Het eindigt er waarschijnlijk mee dat we op oudejaarsavond helemaal niet meer naar buiten mogen en ons knalwerk enkele dagen na Nieuwjaar door de Explosieven Opruimingsdienst ergens op een afgelegen weiland gecontroleerd tot ontploffing wordt gebracht.

Het heeft dertien jaar geduurd maar eindelijk heb ik een zoon die vuurwerk wil kopen. De afgelopen jaren liep hij al wat omzichtig mee met het explosieve spul van zijn neven, maar de aandrang om zelf kanonslagen, aftershocks, grondbloemen en flying bees aan te schaffen, was er niet. Het was voor mij een voortdurende bron van zorg, te vergelijken met de periode in zijn leven dat hij geen mayonaise lustte of liever een toetje at dan een groot stuk, bij voorkeur rood, vlees. Je wilt als vader toch het allerbeste voor je kind.

Tot er begin deze maand – vast afgesproken werk – opeens acht folders vol vuurwerk tegelijkertijd op onze deurmat vielen. Het lijkt wel of elk tuincentrum en tankstation zich dezer dagen volledig richt op het streven om de lucht op oudejaarsavond vol met kruitdampen te blazen. Een glorieuze afsluiting van een mislukte Klimaattop. Als twee ontbrandende sterretjes, zo glinsterden de ogen van mijn zoon, en de rest van de avond bestudeerde hij minutieus de pakketaanbiedingen, zich niks aantrekkend van het belerende commentaar en de prijslimieten die zijn moeder vanachter haar laptop naar hem riep. Vuurwerk kopen is een mannending. Daar komen mijn zoon en ik wel uit.

Niettemin namen we, voor deze eerste keer, genoegen met het Jongerenpakket, een bonte verzameling van knal- en sierspul dat ons – wat zeg ik: de hele straat – een glorieus begin van 2010 moet bezorgen. Totdat, in de aanloop naar dit heerlijk avondje, het ochtendblad bij elk ontbijt een paar afgerukte ledematen op het bordje van mijn eega begon te deponeren. Het per internet bestelde en afgerekende vuurwerk kon niet meer worden geannuleerd, dat kon ik haar nog wel duidelijk maken. Dit is een branche van vrije jongens, daar valt niet mee te spotten. Maar ze kon wel verbieden dat er op oudejaar al bij daglicht wordt geknald (eigenlijk het leukste van pakjes aftershocks en strijkers, gewoon met een groepje vrienden door het dorp slenteren en af en toe wat om je heen gooien of een verkeersbord opblazen) en mochten wij na middernacht het huis alleen verlaten met aansteeklonten van een meter of vijf, veiligheidsbrillen en scherfvrije pakken. Bij elke calamiteit in de aanloop naar 31 december werden de eisen verder aangescherpt.

Gelukkig was daar Het Parool, dat dinsdagmiddag wat tegengas gaf door het interviewen van een aantal deskundigen, zoals daar zijn:

Plastisch chirurg Irene Matthijssen: ,,Per jaar komen bij ons gemiddeld vierhonderd gevallen van spoedeisend handletsel. Als er daarvan tien of twintig door vuurwerk worden veroorzaakt, is het veel. Wat dat betreft zouden we veel meer gebaat zijn bij een verbod op klussen met cirkelzagen en dergelijke gevaarlijke apparatuur thuis.”

Peter Vogel van B&B Feestartikelen: ,,Als mensen nadenken bij het afsteken van goedgekeurd vuurwerk, is het risico miniem. Handen eraf en zo gebeurt allemaal met het illegale spul. Dát wordt steeds gevaarlijker.” En:

Medisch manager Jos Vloeimans van het Brandwondencentrum in Beverwijk: ,,Het aantal opnames door vuurwerk is hier niet zo groot. Rond oud en nieuw zien we veel meer brandwonden ontstaan door frituurvet, bij het gourmetten of het vullen van fonduestelletjes.”

Het Jongerenpakket is gistermiddag tussen 15 en 16 uur opgehaald in een bomvrije ruimte op een afgezet industrieterrein van ons dorp.

Doet u vanavond wel een beetje voorzichtig met gourmetten, alstublieft?

Een ongeluk zit in een klein hoekje.

 

Uit de krant van 31 december 2009.